Modern en monumentaal wonen aan de gracht
Een grachtenpand uit de zeventiende eeuw opknappen is één ding, maar respect houden voor de oude glorie en dat naadloos weten te combineren met moderne elementen: dat is een ware kunst. En die kunst beheersen Sigrid van Kleef en René van der Leest van Studio R U I M als geen ander. Zij hebben zich als interieur architecten gebogen over de restauratie van een monumentaal pand aan de Herengracht in Amsterdam en hebben daarbij de eeuwenoude sfeer van het huis moeiteloos laten samensmelten met modern design en vakmanschap.
Op het eerste gezicht straalt het huis de serene rust uit van een klassieke grachtenwoning, maar als je beter kijkt, zie je een totale symbiose tussen oud en nieuw. Klassieke componenten als de lambrisering, de luiken en de balken sluiten perfect aan bij moderne materialen als staal, Corian en gevlinderd beton. Het verhoogde podium van staal en wengéhout in het centrum van de woonkamer zorgt ervoor dat de enorme ruimte leefbaar en huiselijk oogt. Het zwart stalen frame aan het plafond, dat op een originele manier refereert aan de versierde plafonds van weleer, is de absolute blikvanger van het huis. Het barokke lichtkunstwerk (zelf ontworpen door Studio R U I M) trekt onmiddellijk de aandacht en laat monden open vallen van verbazing. Hier is duidelijk de achtergrond in theatervormgeving van Studio R U I M zichtbaar. “In onze ontwerpen zit altijd iets van een twist,” licht Sigrid van Kleef toe.
Dat blijkt ook uit het ontwerp van de keuken. Hier nemen traditionele muurschilderingen (van kijkjes op de Vecht) een groot deel van de muren in beslag. De schilderijen zijn gerestaureerd en in hun originele houten omlijstingen gelaten. Ze vormen het decor voor een moderne keuken met als hoogtepunt de enorme industriële lampen van koper bij de eettafel (ook al zelf ontworpen door Studio R U I M). “We wilden echt een statement maken met deze grote, stoere lampen,” zegt René van der Leest. “Het is een gewaagde keuze, maar als we de lampen subtieler hadden bedacht was het juist gaan concurreren met de ruimte.”